Bezoekverslag Hofkamp 8 te Wommels

Samenvatting

Mevrouw Aagje Gosliga ontvangt ons op haar boerderij te Wommels, zij heeft enkele vragen over hoe haar boerderij het beste kan worden onderhouden. Ineke Krantz en Ate Feenstra brengen namens de Boerderijenstichting Fryslân op 10 januari 2025 een bezoek om haar vragen door te nemen en te bekijken wat de stichtiung voor haar kan betekenen. De boerderij is geen Rijks- of gemeentelijk monument.

Deze karakteristieke stelpboerderij is in 1861 gebouwd op een kavel die eigendom was van de Hervormde Kerk en direct als timmerwerkplaats werd ingericht. Dit volgens de informatie van de huidige eigenaar. Inderdaad is op de site van Hisgis te vinden dat de kerk in 1832 eigenaar van de kavel was. Deze is rood omcirkeld aangegeven op bijgaand kaartje en als weiland genoteerd in de legenda. De donkergroen aangegeven kavel is van jonkheer Idzert Aebinga van Humalda uit Leeuwarden. Hij was lid van de Staatsraad. Met lichtrode lijntjes zijn de huidige wegen aangegeven ter oriëntatie. Op Hisgis is prachtig te zien dat in die tijd de infrastructuur van het vervoer over het water ging. Intussen is het dorp flink gegroeid.

 

 

Omschrijving van de boerderij

Bij binnenkomst in de schuur missen we de hoge mendeuren in de achtergevel maar treffen binnen de klassieke opbouw met de binten, hoewel hier met kleinere vakken dan gebruikelijk. De bintstijlen staan stevig op hun fundament en er is geen scheurtje in het metselwerk te vinden. De fundatie is goed. We zien links op de foto een ruimte die doet denken aan een koeienstal, maar daar is de timmerwerkplaats gesitueerd.

 

Het bintwerk, gaaf en kantig met links de werkplaats.

 

De ramen in de kozijnen zijn al eens vernieuwd en mogelijk niet oorspronkelijk qua vorm. In de schuur is het woongedeelte uitgebreid met een woonkeuken met daarboven een slaapkamer. Het woongedeelte heeft de traditionele ‘lange gang’ van zijgevel naar zijgevel met de woonkamer aan de voorgevel over de gehele breedte. Alle wanden, ook die in de gang, zijn betimmerd, mogelijk zijn de buitenmuren voorzien van enige isolatie. De bedsteden zijn verwijderd, oorspronkelijke kenmerken zijn er nog in de vorm van luiken in de luikkasten van de gevelramen en een deel van een oorspronkelijke bedsteewand.

 

De timmerwerkplaats aan de binnenkant.

 

Achter een gangdeur is de steile smalle trap naar de verdieping waar slaapkamers en een badkamer zijn gemaakt. Er is een droge kelder die onder de bedsteden doorliep en nu een lagere hoogte kent doordat de bedsteden erboven zijn verwijderd.
Op de overloop is een dakraam aangebracht waar lekkage is geweest. Achter het knieschot is als gevolg daarvan enige schimmel zichtbaar tegen de binnenzijde van het dakhout. Alle wanden in de slaapkamers zijn ook hier betimmerd aan de binnenzijde.

 

Deel van de bedstede waar nog fraaie krukken op de deuren zitten.

 

De zijgevel met twee dakkappellen, bij de linker ontbreekt een dakpan ter hoogte van het dakje.

 

Advies groot onderhoud

De boerderij is in de eerste plaats in prima conditie, alleen de laatste jaren is het onderhoud achtergebleven.
Er zijn in het verleden keuzes gemaakt die je nu niet meer zou maken. Het gebruik van polystyreen (piepschuim) is wegens brandgevaar maar vooral brandverspreiding een heel vervelend materiaal. Het is dan ook aan te raden dit waar mogelijk te vervangen door een steenwol product. Met name achter de knieschotten is dit eenvoudig uit te voeren. De steenwol ademt en werkt als een deken. Op zich is het dakhout droog en het beetje schimmel dat nu zichtbaar is hoeft niet verontrustend te zijn. Inspectie onder enkele dakpannen is voldoende om een goed beeld te krijgen van de kwaliteit van het dakbeschot. Isoleren van het dak aan de buitenzijde is af te raden, de detaillering van de goot vraagt dan om oplossingen. Normaal ga je van binnenuit isoleren. Alleen achter de knieschotten is voldoende. Er ligt een goede dakpan op het dak. Ik verwacht dat tijdens de vervanging van de dakpannen alle verrotte delen zijn weggenomen. Temeer omdat er nieuw dakbeschot is aangebracht bij de twee dakkappellen.

 

De achtergevel van de boerderij waar de mendeuren ontbreken.

 

Het heeft gelekt bij het kantelraam van de overloop; zo te zien zijn die problemen opgelost maar de gevolgen zijn nog aanwezig: schimmel. Bij vervanging van de dakpannen is er niet voor gekozen om een ventilerende folie aan te brengen. Op zich is dit ook niet noodzakelijk omdat de nieuwe pannen goed water- en stuifsneeuwdicht zijn. De gevelkozijnen zijn nog in goede staat, er is isolatieglas aangebracht waarvan de stopverf onderhoud vraagt; dit geldt ook voor de kozijnen. Van de goten is het zink niet geïnspecteerd, lekkage is veelal het sein dat dit moet worden vervangen, waarschijnlijk speelt dit al bij de voorgevel.
De afwerking van het onlangs verrichtte timmerwerk laat te wensen over. De daktrim of kraal ontbreekt, de dakpan naast de linker dakkapel ontbreekt, evenals op de hoekkeper enkele vorsten. De hemelwaterafvoer van de voorgevel ontbreekt met als gevolg dat de muur onnodig lang nat is.
De schuur is droog, evenals het dakhout van het voorhuis aan de linker zijkant; de panlatten zitten nog goed aan de juffers vast. Hier zijn geen gebreken geconstateerd. Aantasting door houtworm is minimaal maar behandeling in de toekomst aan te raden.
Op afstand het onderhoud tijdens de uitvoering begeleiden is lastig, met name dagelijkse afstemming is soms onvoldoende. Belangrijk is dan een betrouwbaar bedrijf aan te trekken dat een goede reputatie heeft.

Ate Feenstra, namens de Boerderijenstichting Fryslân

Openingsbeeld: De boerderij die in 1861 als timmerwerkplaats is gebouwd.